Transitievisie warmte
Alle gemeenten hebben uiterlijk in 2021 een Transitievisie Warmte. Daarin staat onder andere wat het alternatief is voor aardgas in elke wijk, en een planning voor de weg daar naartoe. Een hele klus. Ons integrale kostenmodel voor aardgasvrije wijken en de bijbehorende GIS-kaarten, buurtgroep-indeling en procesondersteuning geven houvast in dit complexe vraagstuk.
Goedkoopste oplossing
Een belangrijk selectiecriterium voor het starten in een wijk is: de kosten van het alternatief, met name van alternatieven ten opzichte van elkaar. Per CBS-buurt bepaalt ons model welke aardgasvrije oplossing de goedkoopste is. We doen dit op basis van integrale kosten: we tellen alle werkelijke kosten die gemaakt worden bij elkaar op in de vorm van jaarlasten, zoals investeringen in de woning en in het netwerk, jaarlijkse energielasten en onderhoud. Zo is goed zichtbaar welke optie de maatschappij het minste kost, onafhankelijk van wie dit betaalt.
Multidisciplinaire afweging
Naast kosten analyseren we openbare geografische data en input van stakeholders, zoals bijvoorbeeld de energiebesparingspotentie van koopwoningen, de warmtevraag, bezit van een woningcorporatie en geplande werkzaamheden. Die informatie gebruiken we om, samen met de belangrijkste partners in de gemeente, buurten te prioriteren en zo tot een logische ‘route’ te komen.
Buurtgroepen
Intuïtief weten we: jonge nieuwbouwwijken vragen een andere aanpak dan het oude centrum. De meeste buurten vallen op een logische manier in een groep van vergelijkbare buurten, die met dezelfde kansen en uitdagingen te maken krijgt. Dit geeft richting aan de Transitievisie Warmte, zowel in techniek als tijdpad. Voordelen als opschaalbaarheid van oplossingen worden zo duidelijk.
Menselijke maat
De keuze voor wijk en techniek volgt uit de kosten en andere eigenschappen, op basis van een afwegingskader dat we samen vaststellen. Ons integrale kostenmodel is hierin slechts één van de stappen. In gesprek met stakeholders en partners bepalen we samen welk gewicht we aan ontwikkelingen en buurtkenmerken geven. Zo wordt de toekomst niet bepaald door een anoniem algoritme, maar door de gemeente en de stakeholders in dit proces.
Doorkijk: Wijkuitvoeringsplannen
Het integrale kostenmodel is bedoeld voor het begin van het proces; voor de Transitievisie Warmte. Deze visie geeft richting, maar is nog niet gedetailleerd genoeg voor concrete besluitvorming door bewoners, ontwikkelaars, exploitanten of financiers. Voor een verdiepingsslag op buurt- of wijkniveau gebruikt DWA het wijkwarmtemodel. Dit zetten we in bij het opstellen van een Wijkuitvoeringsplan (WUP) bijvoorbeeld. Besluitvorming vindt in een derde stap plaats op basis van een concrete business case.
Onze werkwijze sluit naadloos aan op het landelijke Vesta MAIS ruimtelijk energiemodel van PBL. DWA werkt al ruim dertig jaar aan de energietransitie in de gebouwde omgeving. Van strategie tot uitvoeringsbegeleiding en monitoring, 120 professionals op vier locaties geven hier elke dag uitvoering aan.